Dossier
Gezonde vleeskalveren
Het produceren van gezonde dieren met een minimaal gebruik van antibiotica is maatschappelijk gezien zeer belangrijk. Wageningen Livestock Research en het Ontwikkelcentrum hebben vier kennisclips gemaakt over preventieve diergezondheidszorg in de vleeskalverhouderij. Door te voorkomen dat dieren ziek worden, kan het gebruik van antibiotica in de vleeskalverhouderij aanmerkelijk verminderd worden. ‘Good practices’ van diergezondheidsmanagement worden uitgelegd door experts uit de praktijk, onderwijs en onderzoek.
Algemeen
Vleeskalveren maken op jonge leeftijd grote transities door, waarbij hoge eisen aan de veerkracht van het dier worden gesteld. De veranderingen in o.a. huisvesting en door transport geven aanleiding tot behoorlijke stress.
- Helaas, uw cookie-instellingen zijn zodanig dat de Video niet getoond kan worden - pas uw permissie voor cookies aan
- Helaas, uw cookie-instellingen zijn zodanig dat de Video niet getoond kan worden - pas uw permissie voor cookies aan
Lees meer
Deze stress kan de weerstand van het dier aantasten en de diergezondheid verminderen (leidend tot antibioticumgebruik).
Vier kennisclips behandelen de volgende transities/aspecten:
Lees meer
Stierkalveren die op het melkveebedrijf al goed groeien en op gewicht komen presteren ook in de mestperiode beter en hebben minder medicijnen en antibiotica nodig. Bij opzet van minder vitale nuchtere kalveren op het vleeskalverbedrijf is de uitval circa 2 procent hoger, en het kost €20 tot €30 per kalf extra aan arbeid en medicijnen.
Factoren in de kalveropfok die bijdragen aan de weerstand en gezondheid van vleeskalveren zijn: een hygiënische, tochtvrije huisvesting, voldoende biest van goede kwaliteit, goede kwaliteit melk en het vrij zijn van ziektes. Deze factoren geven een sterker vleeskalf, waardoor de kans op problemen in de mestfase vermindert.
Meer informatie
- Van nuka naar bika: hogere prijs voor de betere kalveren, uitwerking nog niet voorhanden, Veeteelt, mei 2016
- Gezonde nuka, vlotte start: rendement plust in mesterij én melkerij, Boerderij 97, no. 16 (17 januari 2012)
- Focus op biestbeleid - een praktische handleiding, Dierengezondheidszorg Vlaanderen,
Lees meer
Vleeskalveren komen van melkveebedrijven, vanaf een leeftijd van twee weken. Ze komen vaak eerst bij elkaar op een verzamelplaats en gaan van daar naar het vleeskalverbedrijf. Ongeveer de helft van de kalveren komt van Nederlandse melkveebedrijven, de rest komt uit het buitenland, vooral Duitsland en Oost-Europa.
Een optimale opvang bevordert een goede start op het vleeskalverbedrijf. Hiervoor is het van belang de kalveren rustig op te vangen in een verwarmde stal, individuele aandacht en zorg te bieden, en lauw water met elektrolytenmix te verstrekken om een tekort aan vocht en lichaamszouten aan te vullen.
Lesmateriaal
- Lesmateriaal ‘Gezonde vleeskalveren: Het belang van een goede start’ - voor studenten
- Lesmateriaal ‘Gezonde vleeskalveren: Het belang van een goede start’ - docentenhandleiding en achtergrondinformatie
- Helaas, uw cookie-instellingen zijn zodanig dat de Video niet getoond kan worden - pas uw permissie voor cookies aan
- Helaas, uw cookie-instellingen zijn zodanig dat de Video niet getoond kan worden - pas uw permissie voor cookies aan
Actueel
Nieuws Dierenwelzijnsweb / Groen Kennisnet over gezonde vleeskalveren:
Lees meer
In de vleeskalverhouderij komen gezondheidsproblemen - met name luchtwegproblemen - vooral in de eerste drie weken voor. In deze periode zijn de dieren individueel gehuisvest om ze goed te kunnen controleren. Er is regelmatig contact met de dierenarts.
De gezondheid van vleeskalveren wordt bepaald door de balans tussen infectiedruk en weerstand tegen ziektes. Infectiedruk in de vleeskalverhouderij wordt voor een groot deel bepaald door ziekteverwekkers die de kalveren meenemen van het melkveebedrijf. Verminderen van stress en optimaliseren van voeding en klimaat hebben een positieve invloed op de weerstand van de dieren.
Meer informatie
- Stalboekje vleeskalveren: handboek voor natuurlijke diergezondheidzorg met kruiden en andere natuurproducten, RIKILT – Wageningen UR, 2014
- Lesmateriaal ‘Gezonde vleeskalveren: Het belang van een goede start’ - voor studenten
- Lesmateriaal ‘Gezonde vleeskalveren: Het belang van een goede start’ - docentenhandleiding en achtergrondinformatie
- “We kunnen nog veel van elkaar leren”: kalver- en melkveehouders in gesprek: kalvergezondheid, artikel GD herkauwer, 2018
- Samen optrekken voor gezondere kalveren: kalvergezondheid, artikel GD Herkauwer, 2018
Lees meer
Traditioneel werd aan vleeskalveren alleen kalvermelk gevoerd. Nu wordt vanaf opzet op het vleeskalverbedrijf naast kalvermelk ook ruw- en krachtvoer verstrekt. Rosé kalveren gaan na een week of 6-7 melkvoeding volledig over op ruw- en krachtvoer.
Voldoende ruwvoer komt tegemoet aan de natuurlijke kauwbehoefte van kalveren. Hoe vezelrijker het rantsoen, hoe meer ‘pensprik’, en hoe beter de vertering. Een blankvleeskalf van 6 maanden beschikt bij voorkeur dagelijks over 2 kg krachtvoer, 1 kg ruwvoer en 2 kg droge stof kalvermelk. Nieuw onderzoek richt zich op het verbeteren van weerstand en vitaliteit van kalveren via de voeding.
Foto's: Wageningen Livestock Research
Laatste wijziging aan dit dossier: 21 juni 2019